Naam | Wilhelmine Sassen-Falkenstein | ![]() Van Minna zijn geen foto's bekend. Deze foto van haar man Salomon Sassen zal uit de late jaren 1920 zijn (fotocollectie Jos. Wilms, Archief De Domijnen).
|
Geboren | 8 juni 1874 te Gangelt (D) | |
Gedeporteerd | 9 april 1943 naar Vught, via Westerbork op 11 mei 1943 naar Sobibor | |
Vermoord | 14 mei 1943 te Sobibor | |
Adres | Rijksweg Zuid 44 (nu 84), Sittard | |
Familie | dochter van wijlen Voss Falkenstein en Helena Rosendahl; zus van onder meer Emil Falkenstein en Julia Zeligman-Falkenstein en schoonzus van onder meer Joseph en Isäak Sassen; echtgenote van Salomon Sassen; moeder van Joseph en Herman Sassen; grootmoeder van Jaques, Carla en Salomon Sassen | |
Achtergrond | Salomon Sassen, geboren Sittard 13 augustus 1878, was een van de vier zonen van het echtpaar Sassen-Silbernberg. Hij was veekoopman en slager, en trouwde in 1904 met Minna Falkenstein uit Gangelt. Voorouders van Minna werden al rond 1720 te Gangelt vermeld. Haar vader en broer waren sigarenmakers en hadden een tabaks- en lederwarenzaak in Gangelt. Moeder was in 1903 overleden. Haar jongere zus Julia trouwde in 1909 met Jozef Zeligman uit Meerssen, maar ze werd al in 1918 weduwe. Hun vader overleed in 1922. Minna en Salomon vestigden zich op de Rijksweg in Sittard, waar twee zonen werden geboren: Joseph en Herman. De jongens draaiden al vroeg mee in de zaak van hun ouders. In 1928-1929 lieten Salomon Sassen en A. Goossens een dubbel woonhuis bouwen achter het pand van Salomon, op de hoek Pastoor Jacobsstraat-Landweringstraat, met (destijds) de adressen Kruisstraat 13 en 15. De oudste zoon Jos trouwde in oktober 1929 met Bertha Benedik uit Beek en vestigde zich aanvankelijk in Beek, maar kwam begin 1936 met zijn gezin terug naar Sittard en trok in op Kruisstraat 15 (het pand van zijn vader). Op Kruisstraat 13 (het pand van Goossens) woonde in die tijd Minna's zus Julia met haar twee kinderen Zeligman en enkele kostgangers. Minna had van april 1935 tot januari 1938 een dienstbode in huis, Maria H. Sons uit Born. Wellicht was Salomon Sassen toen al ziek; hij overleed op 8 mei 1936. De jongste zoon Herman trouwde in oktober 1936 met Betje Lindeman uit Almelo, en zijn bruid trok bij Herman en zijn moeder in. In 1938 werd hun zoontje Salomon geboren. In oktober-november 1941 zat Herman ruim een maand vast in de gevangenis te Maastricht, waarschijnlijk vanwege een overtreding van de anti-joodse wetten van de bezetter. In augustus 1942 werd zijn gezin opgeroepen voor 'tewerkstelling in Duitsland'. Ze vertrokken via Maastricht naar Westerbork. Nog geen week later waren Betje en Salomon in Auschwitz vergast, terwijl Herman na veel ontberingen bezweek in Groß-Rosen, een netwerk van werkkampen in Neder-Silezië. Zoon Jos Sassen had zich blijkbaar weten te onttrekken aan de oproep van augustus 1942, maar werd met zijn gezin opgepakt op 11 november 1942 bij de grootschalige razzia in Sittard, en via Westerbork naar Auschwitz gedeporteerd. Minna Sassen-Falkenstein werd in februari 1943 gedwongen om bij haar zwager op de Molenweg in te trekken, van waar ze in april 1943 samen met de overgebleven, vooral bejaarde, joden via Vught eveneens naar Westerbork werden overgebracht, en van daaruit naar Sobibor. Geen van hen kwam terug. | |
Link | ||
Literatuur | Emil Falkenstein - Gegen das Vergessen | |
Motief vervolging | joodse afkomst
|