Naam | Hermann Kaufmann |
![]() In Rheydt werden in 2006 Stolpersteine geplaatst bij Limitenstraße 38, een 'Judenhaus' waar Hermann, Sofie en dochter Renate eind jaren '30 moesten wonen, samen met een zus en zwager van Sofi, een gezin Frenkel en een gezin Rosenberg (bron: Moenchengladbach.de).
|
Geboren | 2 april 1878 te Waldenrath (D) | |
Gedeporteerd | 9 april 1943 naar Vught, 8 mei naar Westerbork en op 18 mei gedeporteerd naar Sobibor | |
Vermoord | 21 mei 1943 te Sobibor | |
Adres | Heistraat 79 (nu 44), Einighausen | |
Familie | zoon van wijlen Lion en Elisabeth Kaufmann-Lichtenstein; broer van onder meer Michael Kaufmann; echtgenoot van Sofie Levi; vader van Gerta, Renate en Else Jeannette Kaufmann; grootvader van Helja Lichtenstein. | |
Achtergrond | De joodse koopman Abraham Kaufmann uit Gustorf (thans Stadt Grevenbroich) trouwde in 1841 met Jenna Lichtenstein uit Waldenrath (bij Heinsberg). Zoon Lion Kaufmann trouwde in 1867 met Elisabeth Lichtenstein, een nicht van zijn moeder. De Lichtensteins uit Waldenrath vormden een uitgebreide familie waarmee de familie Kaufmann nu nauw was verweven. Lion overleed in 1916 en Elisabeth in 1905 te Waldenrath. Zoon Hermann Kaufmann (een achterneef van Sophie Baum-Lichtenstein te Doenrade) trouwde met Sofie Levi en kreeg met haar drie dochters: in 1915 de tweeling Gerta en Renate en in 1917 Else Jeannette. Het gezin ging later in Rheydt wonen (nu gemeente Mönchengladbach). Hermann en Sofie, alsmede dochter Renate en mogelijk ook Gerta en Else, moesten in de late jaren '30 verhuizen naar een zogenaamd 'Judenhaus' op de Limitenstraße in Rheydt, samen met Sofie's zus en zwager Martha en Julius Levy, een gezin Frenkel en een gezin Rosenberg. Dochter Else trouwde in oktober 1938 met wederom een Lichtenstein: haar achterneef Alfred Lichtenstein uit haar geboortedorp, die zich in 1936 als slager te Einighausen had gevestigd. Dochter Renate ging in 1939 in Amsterdam als dienstbode werken, en trok in oktober 1940 in bij Else en Alfred te Einighausen. Alfred en Else kregen begin 1941 een dochtertje, Helja Lichtenstein, die conform de nazi-wetten als tweede voornaam 'Sara' kreeg. Alfred en Hermann kregen formeel 'Israel' als extra voornaam bijgeschreven en Else, haar zussen en moeder ook 'Sara'. Herman en Sofie Kaufmann-Levi en dochter Gerta kwamen op 14 maart 1941 uit Rheydt ook naar Einighausen. Zo was de familie met zeven personen verenigd op één adres, maar niet voor lang. Gerta trouwde te Limbricht op 23 april 1941 met Max Baum die op de Bloemenmarkt in Lindenheuvel woonde, en trok op 5 mei 1941 bij haar nieuwe echtgenoot in. Renate keerde op 7 augustus 1941 terug naar Amsterdam. Renate Kaufmann werd in Amsterdam als eerste opgepakt en op 15 juli 1942 met de eerste trein van Westerbork naar Auschwitz gedeporteerd. Ergens in september van dat jaar moet ze zijn omgekomen. Hermann, Sofie, Alfred, Else en Helja werden op 9 april 1943 naar kamp Vught gebracht. Op 8 mei werden Hermann en Sofie naar Westerbork overgebracht en tien dagen later naar vernietigingskamp Sobibor waar ze bij aankomst op 21 mei werden vergast. Else en Helja gingen op 7 juni met het zogeheten kindertransport naar Westerbork en meteen verder naar Sobibor, waar ze op 11 juni 1943 werden vergast. Alfred Lichtenstein werd op 2 juli 1943 naar Westerbork overgebracht en op 13 juli naar Sobibor gedeporteerd en eveneens vergast. Hermann had een oudere broer Michael, die werd gedeporteerd naar Minsk en daar omkwam. Over verdere broers of zussen is geen informatie bekend. Dochter Gerta overleefde Auschwitz en kwam terug in Geleen bij de overlevenden van de familie Baum, maar haar man keerde niet terug. Zij verhuisde een paar jaar later naar Amsterdam waar ze in 1970 hertrouwde en in 1979 overleed. Het pand op de Heistraat werd in 1948 door Joseph Peerbooms overgenomen die een bakoven liet bouwen en er een bakkerij van maakte. | |
Link |
| |
Literatuur | - | |
Motief vervolging | joodse afkomst
|