Naam | Helja Lichtenstein |
Akten van geboorte en overlijden van Helja Lichtenstein.
|
Geboren | 22 januari 1941 te Einighausen-Limbricht | |
Gedeporteerd | 9 april 1943 naar Vught, via Westerbork op 8 juli naar Sobibor | |
Vermoord | 11 juli 1943 te Sobibor | |
Adres | Heistraat 79 (nu 44), Einighausen | |
Familie | dochter van Alfred en Else Jeannette Lichtenstein-Kaufmann; kleindochter van Hermann en Sofie Kaufmann-Levi; nichtje van Renate Kaufmann en van Gerta en Max Baum-Kaufmann. | |
Achtergrond | Honderd jaar voor Helja's geboorte trouwde haar betovergrootvader, de joodse koopman Abraham Kaufmann uit Gustorf met Jenna Lichtenstein uit Waldenrath. Hun zoon Lion Kaufmann trouwde in 1867 met Elisabeth Lichtenstein, een nicht van zijn moeder. De Lichtensteins uit Waldenrath vormden een uitgebreide familie waarmee de familie Kaufmann nu nauw was verweven. Zoon Hermann Kaufmann trouwde met Sofie Levi en kreeg met haar drie dochters: in 1915 de tweeling Gerta en Renate en in 1917 Else Jeannette. Else verloofde zich met wederom een Lichtenstein: achterneef Alfred Lichtenstein uit haar geboortedorp, die zich in 1936 als slager te Einighausen had gevestigd. Ze trouwden op 7 oktober 1938 in het gemeentehuis van Limbricht, met schriftelijke toestemming van hun ouders. Het is waarschijnlijk dat het kerkelijk huwelijk en de bruiloft in Rheydt plaatsvonden of anders in hun geboorteplaats Waldenrath. In beide plaatsen is de synagoge kort daarna tijdens de Kristallnacht van 9 op 10 november 1938 in brand gestoken en compleet verwoest. Helja's tante Renate Kaufmann was in juli 1939 vanuit Rheydt naar Amsterdam overgeschreven, waar ze als dienstbode werkzaam was. Vanaf oktober 1940 stond zij ingeschreven bij Else en Alfred op de Heistraat. Helja werd geboren op 22 januari 1941 rond 8 uur in de ochtend in bezet Einighausen. Bij de geboorteaangifte op het gemeentehuis van Limbricht kreeg ze conform de nazi-wetten als tweede voornaam 'Sara' toebedeeld. Ook haar familieleden kregen in de registratie een extra voornaam opgedrongen 'om als jood herkenbaar te zijn': voor mannen (vader en opa) 'Israel', voor vrouwen (moeder, oma en de tantes) dus 'Sara'. Grootouders Herman en Sofie Kaufmann-Levi en tante Gerta kwamen op 14 maart 1941 uit Rheydt naar Einighausen. Gerta trouwde te Limbricht op 23 april 1941 met Max Baum die op de Bloemenmarkt in Lindenheuvel woonde, en trok op 5 mei 1941 bij haar nieuwe echtgenoot in. Tante Renate keerde op 7 augustus 1941 terug naar Amsterdam. Renate Kaufmann werd in Amsterdam als eerste opgepakt en op 15 juli 1942 met de eerste trein van Westerbork naar Auschwitz gedeporteerd. Ergens in september van dat jaar moet ze zijn omgekomen. Alfred, Else, Helja en de ouders van Else werden op 9 april 1943 naar kamp Vught gebracht. Op 8 mei werden Else's ouders naar Westerbork overgebracht en tien dagen later naar vernietigingskamp Sobibor waar ze bij aankomst op 21 mei werden vergast. Else en Helja gingen op 7 juni met het zogeheten kindertransport naar Westerbork en meteen verder naar Sobibor, waar ze op 11 juni 1943 werden vergast. Met twee jaar was Helja het jongste Shoa-slachtoffer uit onze gemeente. Vader Alfred Lichtenstein werd op 2 juli 1943 naar Westerbork overgebracht en op 13 juli naar Sobibor gedeporteerd en eveneens vergast. Tante Gerta overleefde Auschwitz en kwam terug in Geleen bij de overlevenden van de familie Baum, maar haar man keerde niet terug. Zij verhuisde een paar jaar later naar Amsterdam waar ze in 1970 hertrouwde en in 1979 overleed. Het pand op de Heistraat werd in 1948 door Joseph Peerbooms overgenomen die een bakoven liet bouwen en er een bakkerij van maakte. | |
Link |
| |
Literatuur | - | |
Motief vervolging | joodse afkomst
|