Naam | Carola Wolf-Schwarzschild | Monument voor de gedeporteerde familie Wolf-Schwarzschild, geplaatst op 8 juni 2013 door heemkundevereniging De Lemborgh op de hoek Bornerweg-Beekstraat, waar destijds Provinciale Weg 123 lag. |
Geboren | 23 februari 1917 te Flörsheim (D) | |
Gedeporteerd | 15 april 1943 opgepakt uit onderduik, via Westerbork op 7 september 1943 naar Auschwitz | |
Vermoord | 10 september 1943 te Auschwitz | |
Adres | Provinciale Weg 106 a (nu Molenstraat 1), Limbricht | |
Familie | dochter van wijlen Karl Marks Schwarzschild en van Rosa Hirsch; zus van Julius en Manfred Schwarzschild; echtgenote van Philip Wolf; moeder van Rudi Rosa Wolf | |
Achtergrond | Carola was verkoopster van beroep. Haar vader overleed in 1933. Ze had een nicht in Gerderhahn die met Ricce Rubens-Wolf bevriend was. Via haar leerde ze waarschijnlijk de broer van Ricce kennen, de 16 jaar oudere Philip Wolf, die handelde in gebruikte waren, oud ijzer en vodden. In maart 1938 week Philip uit naar Limbricht en in juli voegde Carola zich vanuit Keulen bij hem. Wanneer en waar ze trouwden is niet bekend. Ze woonden op Provinciale Weg 106a (tegenwoordig Molenstraat 1). Hier werd hun dochtertje Rudi Rosa in augustus 1939 geboren. In november 1938 had het echtpaar zich tevens ontfermd over een neefje, Josef Rubens. Josef was toen negen jaar oud en het oudste kind van Ricce, wiens man in 1934 was overleden na een zware mishandeling. In juni 1942 lieten ze Carola's moeder Rosa Schwarzschild-Hirsch uit Keulen overkomen. Een maand later werd hun huis echter gevorderd door de NSB-burgemeester. Het vijftal kreeg tijdelijk onderdak op de Platz en kon toen enkele kamers huren bij de familie Schrijen op Provinciale Weg (Bornerweg) 123. In april 1943 moesten alle resterende joden uit Limburg naar kamp Vught worden overgebracht, maar Philip en Carola doken met dochtertje Rosie onder. Josef Rubens werd in juni 1943 naar Sobibor gedeporteerd en vergast. Carola werd samen met haar dochtertje en moeder in september van dat jaar in Auschwitz vergast. Philip moest dwangarbeid verrichten in Auschwitz of omgeving en zou uiterlijk in februari 1944 zijn omgekomen. Carola's ongehuwde broer Manfred is eveneens vermoord. Haar oudste broer Julius overleefde de oorlog. Hij overleed in New York in 2007. Julius was gehuwd maar had voor zover bekend geen kinderen. | |
Link | ||
Literatuur | Beelden uit Limbricht, deel 1, pag. 52-53 | |
Motief vervolging | joodse afkomst |